raynan.reismee.nl

Het Noordereiland van Nieuw-Zeeland

We varen van Picton naar Wellington en de hoop dat het mooier weer gaat worden neemt met de minuut af. Hoe dichter we bij Wellington komen hoe slechter het weer begint te worden. Eenmaal in Wellington regent het hard! Heel hard! We rijden direct naar het museum Te Papa en lopen de rest van de middag in dit prachtige informatieve museum. Als we weer buiten komen zien we dat het droog is en besluiten we een rondje in de stad te lopen. Leuk stadje, maar wij gaan verder rijden naar een rustige plaats. We rijden aan het einde van de middag weg en stoppen onderweg om (heel gezond!) bij McDonalds te eten. Tegen 8 uur ‘s avonds parkeren we de camper op een gratis DOC camping. We hebben al een aardig eind gereden en dat scheelt weer voor de lange rit van morgen. We worden de volgende ochtend wakker van een auto die klinkt alsof hij vastzit! Als we uit het raam kijken zien we een man alleen die vast zit met zijn camper in de dikke laag modder! Ray gaat er snel uit en probeert samen met de man de camper eruit te krijgen. Met behulp van twee Zwitsers lukt het uiteindelijk! Fransman blij! We rijden vandaag richting Tangariro National Park waar we de bekende Tangariro Crossing willen lopen. Dat is een wandeling van 20 kilometer langs vulkanen en blauwe meren. We rijden naar het dorp waar we de bus moeten regelen voor de trekking, maar belangrijker nog waar we de weersverwachting bekijken! Het belooft geen goed weer te worden en de mevrouw van de DOC wijst ons er nog maar eens op dat goed weer wel belangrijk is om te lopen. We besluiten dus dat we morgen niet gaan lopen omdat het weer te slecht is en rijden naar de in de buurt gelegen DOC camping. Daar koken we en gaan we lekker vroeg slapen. De volgende dag is het weer heel slecht. We rijden naar het dorp ‘National Park’ waar we een beetje internetten en een koffie drinken.

De verwachting is dat het de volgende dag iets beter weer gaat worden en dus besluiten we te gaan lopen. We nemen een busje dat ons afzet aan het begin van de trekking. Als we daar aankomen zien we al snel dat we niet de enige zijn die de trekking willen lopen. We beginnen toch met goede moed! In de eerste kilometers hebben we schitterend weer, maar (we waren al gewaarschuwd) zodra we in de buurt van de eerste vulkaan komen slaat het weer binnen 5 minuten totaal om. De mist komt opzetten en de temperatuur neem snel af. We lopen toch door en als we bij de Emerald Lakes aankomen zien we geen hand voor ogen! We lopen door en als we voorbij de Emerald Lakes zijn zien we het weer net zo snel weer verbeteren. We lopen heuvel op weer terug en zien nu de helderblauwe meren wel goed! Prachtig gezicht. Het laatste deel van de 20 kilometer is door een bos en niet het leukste deel van de wandeling. We komen netjes binnen de 7 uur lopen aan en nemen het busje terug naar het stadje. Een prachtige wandeling met alle facetten van het weer!

Van Tongariro National Park rijden we naar Lake Taupo. Onderweg stoppen we verschillende keren en we hebben (omdat het weer goed is) een prachtig uitzicht over het meer. We overnachten niet in Taupo, maar doen er boodschappen en besluiten door te rijden naar Rotorua. Wat ons op het Noordereiland wel opvalt is de drukte in vergelijking met het Zuidereiland. Daar konden we een uur rijden zonder iemand tegen te komen, maar hier is dat andere koek. In Rotorua komen we in de middag aan en zien dat de lucht blauw is. We wagen een bezoekje aan ‘Wai-O-Tapu’, dat is een complex waar het vulkanisme van Nieuw-Zeeland goed te bewonderen is. We ruiken de zwavel al op afstand. We zien de prachtige champagnepool, modderbaden en andere bijzondere natuurverschijnselen. Het is gek om te zien dat de aarde zo borrelt van binnen en dat het hier zo dicht bij de aardoppervlakte te zien is. We mogen op hetzelfde kaartje morgenochtend terugkomen en dus rijden we naar een DOC camping die we in een boekje gezien hebben. Dat blijkt iets langer rijden te zijn dan we dachten en komen uiteindelijk uit op een soort camping aan het water waar we voor heel weinig kunnen staan. Hopelijk weten we de weg nog terug morgenochtend!

De volgende ochtend gaan we dus terug naar het geiserpark. Om half 10 is er een uitbarsting van de ‘Lady Knox’ geiser. We hadden al gelezen dat deze om stipt half 10 zou spuiten en we vroegen ons al af hoe het kon dat de aarde zo op tijd een uitbarsting had. Toen we er zaten kregen we het antwoord! De ranger van het park gooit een soort zeep in de geiser, er ontstaat vervolgens een chemische reactie en daardoor moet de geiser spuiten. Wat een circus en we waren niet de enige! Er was een heuse tribune gemaakt zodat iedereen een goed zicht had op het spektakel. We vonden het amusant om te zien maar zo heeft de natuur het vast niet bedoeld! We maken nog een rond door het prachtige park, maar op een gegeven moment zijn we misselijk van de zwavellucht en besluiten we te gaan!

We rijden door naar een ander park in Rotorua; Te Puia. Dat is een park dat door Maori’s gerund wordt en waar we een ‘echte’ geiser kunnen zien. We krijgen een rondleiding door een Maori, zien de geiser spuiten, zien een kiwi (het beest de Kiwi, niet de vrucht) en wonen een show bij van Maori’s. Leuk om te zien. We besluiten aan het einde van de middag de ‘zwavelgeur’ van Rotorua te verlaten en een stukje buiten het stadje een plekje te zoeken om de camper neer te zetten. Die vinden we op een uitgestorven camping met gratis wifi! En dus zitten we lekker in onze camper te skypen en te internetten. Het is goed weer en dus kunnen we zowel ’s avonds als ’s ochtend lekker in het zonnetje zitten. We rijden de volgende dag dus ook laat weg en dat is ook wel eens lekker. We kijken op de kaart en twijfelen wat te doen, maar we rijden toch naar Coromandel. Dat is een soort schiereiland in het noorden van het Noordereiland. De weersverwachtingen zijn voor deze regio bijzonder goed en dus genieten we van het uitzicht. Het is een prachtig gebied en het weer kan niet beter. We rijden een heel eind de peninsula op en aan het einde van de middag stoppen we bij Hot Beach. Weer zo’n raar natuurverschijnsel! Afhankelijk van het tij kan je hier een kuil graven in het strand en er komt dan heet water naar boven. We dachten eerst dat het een fabeltje was, maar toen we er waren en de kuil hadden heeft Nandy haar voet verbrand. Zo heet was het water! Het is heel raar om op het strand te zitten en in (bijna) kokend water te zitten! We hebben een camping op de hoek en het weer is schitterend en dus genieten we volop van onze campingstoelen en campingtafel! Wijntje, nootjes, toastjes; Life is Good!

De volgende dag rijden we naar Hahei. Daar kunnen we een kanotocht maken naar Cathedral Cove. We kunnen dezelfde middag nog mee met de kanotocht. We maken een werkelijk prachtige tocht, we zien pinguïns door het water springen langs de kano, hebben schitterend weer en als kers op de taart krijgen we een vers gemaakte koffie op een idyllisch strandje. Geweldig! ’s Avonds eten we Fish & Chips met een salade op de camping en vinden het nu al jammer dat we morgen van dit mooie plekje weggaan. De volgende dag rijden we dus naar het dorpje Coromandel zelf. Een klein ouderwets dorpje waar we leuke koffiebarretjes zien. We parkeren de camper, doen een lekkere koffie en parkeren de camper op een camping aan de rand van het dorpje. We zitten lekker voor de camper in de zon en ’s avond gaan we voor het eerst in weken lekker uit eten! Mosselen met verse frieten.

Als we wakker worden zitten we met een dilemma. We willen graag nog naar de Waitomo Cave. Dit is de plek in Nieuw-Zeeland waar we de glowworms kunnen zien en waar we kunnen ‘Black River Raften’. Het enige probleem is dat het van de plek waar we zijn ongeveer 400 kilometen rijden is. We besluiten het toch te doen, we zijn tenslotte niet zo snel weer in Nieuw-Zeeland. Onderweg hebben we vreselijk slecht weer, als we aankomen lopen we naar het loket waar we de raft tocht kunnen boeken. De laatste is net weg, maar ze gaat bellen of we niet toch nog meekunnen. We pakken snel onze zwemspullen in de camper en als we terugkomen mogen we mee! We worden in een wetsuit gehesen en krijgen een helm op met een lampje erop. We rijden naar de grot waar we eerst onze tube (binnenband van een traktor) kiezen. We gaan de grot in en kruipen door kleine ruimtes, springen van een 1,5 meter hoge waterval af met de band en zien waar we voor gekomen zijn; de Glowworms. We moeten allemaal achter elkaar gaan liggen en degene voor je moet je benen vasthouden. Zo worden we als een treintje door de grot geloodst en als we er bijna zijn moeten we de lampjes op de helm uitdoen; WAUW! Een heel plafond met lichtjes! (en dat te bedenken dat het beestjes zijn)

Na de raft douchen we en krijgen we bagels en tomatensoep! Lekker om op te warmen, want het water was best koud in de grot. Onze volgende bestemming is het gebied ten noorden van Auckland en na het bezoeken van het bijbehorende museum over de grotten rijden we alvast een stuk in de richting van Auckland. Rond etenstijd warmen we ons avondeten op (ja, wij koken voor twee dagen) en nemen even een pauze van het rijden. Na het eten besluiten we nog een stuk te gaan rijden en komen uiteindelijk tegen het donker aan in een dorpje ten noorden van Auckland. De camping is al dicht maar we kunnen toch de camper neerzetten. De dag erna rijden we naar de ‘Bay of Islands’. Onderweg komen we nog een Nederlandse winkel tegen waar we komijnenkaas kopen en drop. Lekker! De Bay of Islands is een baai met (je verwacht het al met zo’n naam) een groep eilanden. We hebben de afgelopen maanden al zoveel strandjes en mooie rotsformaties gezien dat de Bay of Island weinig indruk maakt op ons. Het toeristische ‘Pahia’ al evenmin. We rijden naar de andere kant van dit stukje Nieuw-Zeeland en daar zien we de Kauri bomen. Reusachtige bomen die een lengte van meer dan 50 meter en een omtrek kunnen hebben van ongeveer 14 meter.

De laatste dag zetten we de camper neer op een camping in een onbekend klein plaatsje. Maar ze hebben een wasmachine en het weer is goed. We halen de hele camper leeg en wassen alles weer. Morgen moeten we de camper inleveren en we hebben de afgelopen 5 weken meer troep verzameld dan we dachten. We pakken alles in en maken de laatste dingen op. De volgende dag rijden we op tijd richting Auckland waar we nog een tussenstop maken in Muriwai Beach waar een grote kolonie Jan van Gent vogels aan het broeden is. We hebben zoveel wildlife gezien in Nieuw-Zeeland en sluiten dus toepasselijk af met de vogel die we nog niet gezien hadden; de Jan van Gent. We lunchen op een terras lekker in de zon voordat we de laatste kilometers richting Auckland rijden. We leveren de camper net op tijd in en na een lange discussie met de jongen van Apollo krijgen we voor de ongemakken die we hebben gehad toch nog wat geld terug. Dat scheelt weer!

In Auckland waren we 6 weken geleden al geweest, dus voelde het alsof we een soort ‘thuis kwamen’. We boeken een goed hotel dat dezelfde prijs heeft als een privé kamer in een hostel. We hebben een super grote kamer en we genieten van de luxe die de kamer heeft. ’s Avonds eten we bij Squid Row, een restaurantje in de wijk Mount Eden dat we eerder ontdekt hadden. Heerlijke vis met witte wijn! We sluiten een geweldige tijd af in Nieuw-Zeeland en maken ons op voor een nieuw continent; Zuid-Amerika!

Gletsjers, Walvissen en Abel Tasman NP

Dinsdag 24 november rijden we na een rustige ochtend in Queenstown via Arrowtown naar Lake Wanaka. Hier zijn we niet van plan lang te blijven en als we aankomen schrikken we een beetje van de prijzen van de campings. We besluiten de reisgids erbij te pakken en naar een goedkope camping in de buurt te rijden. We doen er meer dan een uur over om die te vinden maar dan staan we ook voor een prikkie! 6 euro! We zijn op doorreis want ons doel is uiteindelijk de gletsjers aan de westkust van het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland.

Als we de volgende dag wakker worden ontbijten we snel en rijden voor een verse koffie naar Lake Wanaka. We missen niet veel aan Nederland, maar de koffie is toch wel een ding dat we erg missen. Gelukkig hebben ze hier in Nieuw-Zeeland veel leuke en lekkere koffietentjes en dus kunnen we na een take-away door naar de westkust. We gaan naar het kleine strandje van Monroe Beach dat op de weg naar de gletsjers ligt. Ook hier hebben we kans om de Fjordland Crested Pinguïn te zien. We moeten dan wel eerst een wandeling maken van meer dan een uur en dat ook nog eens in de stromende regen. We willen het toch graag zien en dus besluiten we de regenjas aan te trekken en gewoon te gaan lopen. De wandeling is erg mooi, maar naarmate we meer in de buurt van het strand komen worden onze kleren ook steeds natter. Eenmaal op het strand zijn we doorweekt! We wachten samen met twee meisjes aan de linkerkant van het strand en zien dan na een kwartiertje twee pinguïns het water uitkomen en naar hun nest lopen. We kunnen er geen genoeg van krijgen, wat een geweldige dieren zijn dit! We lopen terug in de regen en in de camper beslaan de ruiten zodra we binnenkomen. We trekken snel droge kleding aan en rijden verder naar onze bestemming; Fox Glacier.

Aan de westkust van Nieuw-Zeeland liggen meerdere grote gletsjers, maar bijna nergens ter wereld liggen de gletsjers zo dicht bij de kust als hier in Nieuw-Zeeland. We rijden eerst naar de Fox gletsjer en eenmaal hier kunnen we de gletsjer nauwelijks zien. Het regent en het zicht is slecht. Dat is balen, want dit is de plek waar we al lang op wachten op een echt heli-hike te maken. We besluiten naar de camping te rijden en gewoon te hopen op beter weer. We koken gezellig in de camper en nadat we alle kleding in de droger hebben gedaan gaan we lekker vroeg slapen. De volgende ochtend kunnen we onze ogen niet geloven…..we zien zowaar een stukje blauwe lucht en de weersverwachtingen voor vandaag zijn oké! We besluiten geen minuut te verliezen en naar het kantoor te rijden waar we de heli-hike kunnen boeken. Die zitten voor de eerst twee vluchten al vol en dus reserveren we voor de derde.

We zien in de richting van de andere grote gletsjer, de Franz-Josef gletsjer, dat de lucht nog blauwe aan het worden is. We kijken op de kaart en zien dat deze maar 25 kilometer van de Fox gletsjer ligt. We rijden naar de Franz Josef gletsjer waar we in het gelijknamige dorpje informeren wat een heli-hike daar kost. Deze is goedkoper en we zitten langer in de helikopter! We zeggen de andere reservering dus af en boeken voor 3 uur die middag de wandeling over de gletsjer. Voordat we ons moeten melden op het kantoor besluiten we eerst naar de voet van gletsjer te lopen zodat we een goed beeld hebben hoe groot deze gletsjer eigenlijk wel niet is. We lopen in een uur naar de voet van de gletsjer en staan oog in oog met een muur van ijs. Als we ons om iets voor 3-en weer melden bij het kantoor krijgen we de instructies voor onze ijswandeling. Onze eerste helikoptervlucht gaan nu echt bijna gebeuren. We krijgen wat adviezen over de wandeling op de gletsjer en krijgen speciale schoenen en een lekkere warme jas. We worden in 4 groepen verdeeld en wij zitten met een echtpaar uit Engeland (die Holland als achternaam hebben) en een jongen uit Australië (en je gelooft het niet die heet Denmark van zijn achternaam!). We zitten in de laatste groep en dus zien we de helikopter af en aan komen. Als we eenmaal aan de beurt zijn mag Ray voorin zitten. We stijgen op en wat een kick is dat! We zien de gletsjer vanuit de lucht liggen en hebben een prachtig uitzicht op het grote ijsveld. We landen 10 minuten later op de gletsjer waar we ijzeren punten onder onze schoenen krijgen zodat we niet uitglijden op het ijs. We lopen meer dan 2,5 uur en kruipen door ijsgrotten, zien de meest mooie ijsformaties en leren waarom het ijs blauw is in plaats van wit (het is een lang verhaal, maar het heeft te maken met de hoeveelheid lucht die in het ijs zit). Na 2,5 uur worden we door de helikopter weer opgehaald en zijn we een avontuur rijker! Wat was dit een belevenis! Moe maar zeer voldaan rijden we alvast een stukje het plaatsje Franz Josef uit waar we na een uurtje rijden op een DOC camping slapen. De volgende dag gaan we naar de andere kant van het eiland rijden, naar Kaikoura.

In Kaikoura waren we al eens eerder geweest toen we met ons spaceship de eerste dagen door Nieuw-Zeeland reden. Toen was het weer te slecht voor een walvissentocht en dus proberen we het nog eens. Het is een lange dag rijden en dat weten we. We gaan dus vroeg op pad en op onze weg naar Kaikoura bezoeken we als laatste attractie aan de westkust de ‘Pancake Rocks’. Dat zijn rotsen in het water die uit verschillende laagjes bestaan waardoor ze lijken op gestapelde pannenkoeken. We lopen een rondje en rijden dan snel verder naar de andere kant van het Zuidereiland. Aan het begin van de avond komen we, na weer een prachtige rit, aan in Kaikoura. Onderweg zien we nog voor de kust van Kaikoura veel dolfijnen die een show geven. We checken in op de camping en maken een lekker rijstgerecht. De volgende ochtend staan we op tijd op en rijden snel naar het Whale Watch centrum waar we reserveren voor de boot van 12 uur. We skypen met de vrienden die in Nederland Sinterklaas aan het vieren zijn. Super leuk om iedereen weer eens te zien en we krijgen zelfs een paar cadeautjes die voor de camera worden uitgepakt. Het is ook een raar idee dat wij net wakker worden met een koffie en de andere kant van de lijn toch duidelijk aan de alcohol zit J

Onze boot vertrekt precies op tijd van Kaikoura en het belooft een ruig tochtje te worden. We hebben er geen last van, maar de jongen voor ons des te meer. We gaan op jacht naar de Sperm Whale. Dat is een ander soort walvis dan dat we aan de westkust van Australië hebben gezien. We varen een uur voordat de (zeer grappige) gids het alarm slaat dat er een walvis is gesignaleerd. We haasten ons naar buiten en zien inderdaad een geweldig grote Sperm Whale. De gids weet wat we willen zien en als het moment daar is roept hij door de speakers; “Okay Folks, here comes that Tail!’ En die kwam er ook....prachtig gezicht. We zien nog 4 andere walvissen en dan is het voor ons tijd om terug te varen naar de haven van Kaikoura. Onderweg komen we nog verschillende grote albatrossen tegen en de leuke Dusky dolfijnen die de acrobaten van de zee genoemd worden vanwege hun springkunsten. Leuk om te zien! We blijven die avond nog in Kaikoura, want morgen staat ons weer een lange rit te wachten richting Abel Tasman National Park.

Abel Tasman National Park gaat bij ons de boeken in als een vochtig park. We hebben twee dagen rondgereden en niet veel meer gezien dan een donkere lucht en veel druppels. We rijden in de regen naar Golden Bay en bezoeken de helderste waterbron ter wereld; de Pupu Springs. Zelfs met regen ziet dit er erg helder uit en je kan dan ook ver kijken door dit water. We rijden terug naar het plaatsje Motueka dat als uitvalsbasis voor het park dient. Het begint een beetje op te klaren als we de volgende ochtend wakker worden. Niet echt goed genoeg om te blijven en dus rijden we langzaam richting Nelson. Als we nog geen kwartier onderweg zijn zien we het helemaal opentrekken en besluiten we rechtsomkeer te maken. We rijden dezelfde route en nu met een strak blauwe lucht. Wat een verschil maakt dat! We lunchen in de zon op het goudgele stand van het Nationale Park en zijn blij dat we dit toch nog met mooi weer hebben kunnen zien. We rijden richting de Marlborough Sound over de Queen Charlotte track en hebben een prachtig uitzicht vanuit onze camper. We rijden de rest van de middag op ons gemak naar Picton.

In Picton staan we op een vreselijke camping. We hadden niet veel keuze, maar deze is dichtbij de boot en dus ook de aanvoer route voor vrachtwagens. We slapen slecht, maar veel tijd om daarover na te denken hebben we niet. Om 7 uur vertrekken we richting de haven, waar we een uur later het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland langzaam zien verdwijnen. Het was prachtig, we zijn benieuwd wat het Noordereiland ons te bieden heeft.

Ons camperavontuur in Nieuw-Zeeland

Allereerst iedereen een gelukkig en gezond 2010! We lopen een beetje achter met de verhalen, maar daar werken we aan. Hieronder in ieder geval een nieuw verhaal over onze belevenissen in Nieuw-Zeeland.

We staan vroeg voor de deur bij camper verhuurbedrijf Apollo en rijden (na lang wachten bij Apollo) in de middag naar ons doel voor de eerste dag; Lake Tekapo. Het was een lange dag, maar de weg was prachtig, Besneeuwde bergtoppen en meren zo blauw dat het zeer doet aan je ogen! We checken in op de camping en proberen voor de eerste keer de elektriciteitskabel aan te sluiten. Dat lukt al gelijk niet en de aansluiting is dan ook gelijk stuk. Hmm, dat zit niet mee. We slapen er niet minder om die nacht en de volgende ochtend is het gelukkig mooi weer. We rijden naar de voet van een berg in de buurt waar we na een wandeling van ruim een uur boven op een berg staan waar we een adembenemend uitzicht hebben over Lake Tekapo. We waren tijdens de wandeling naar boven al gewaarschuwd maar het waait heel hard boven op de berg. De meeste mensen komen terug omdat het te heftig is en als we boven staan snappen we wel waarom de meeste mensen terug gingen. We horen van de ranger dat de snelheid van de wind rond de 140 km per uur is. We houden ons dus goed vast en foto’s maken is best lastig als het zo waait. We lopen in een uurtje weer naar beneden en vervolgen onze reis door Nieuw-Zeeland.

Mount Cook is onze volgende bestemming en ook deze weg is adembenemend mooi. Wat een prachtig land is dit! Helderblauwe meren, witte bergtoppen en omdat het lente is staat alles in bloei! We vinden het prachtig. We rijden naar de voet van Mount Cook en hoe dichter we in de buurt komen hoe slechter het weer is. We besluiten om toch daar te blijven en parkeren onze camper op de goedkope DOC camping. Dat zijn campings die door de Department of Conservation onderhouden worden en waar in ieder geval een WC en stromend water is. We kunnen niet veel anders dan in de camper blijven en onszelf inpakken tegen de kou. We kaarten en eten lekker ons zelf gekookte eten. Ook gezellig! De volgende ochtend is het weer niet veel beter, maar we rijden naar het Sir Edward Hillary museum. Dat is een Nieuw-Zeelander die als eerste de Mount Everest beklommen heeft. We bezoeken het museum, bekijken de documentaire binnen en gaan daarna naar de gratis camping aan Lake Pukaki. Hier schijnt de zon en de rest van de middag zitten we dus lekker in het zonnetje en kijken we naar het prachtige uitzicht. Niet te bevatten hoe blauw dit water is. De volgende ochtend hebben we geluk…de lucht is helemaal opgeklaard en we hebben een prachtig uitzicht op Mount Cook. Na het ontbijt rijden we van Lake Pukaki via de dorpen Twizel en Omarama (mooie zweefvliegtuigen) naar onze eindbestemming voor die dag; Oamaru.

In Oamaru zijn we maar met één doel; Pinguïns!! Er zijn hier twee plekken waar we deze leuke beesten kunnen zien en dan ook nog eens twee verschillende soorten! We besluiten om gelijk dezelfde dag de pinguïns al te gaan bekijken. Vaste tijden hebben deze beesten natuurlijk niet om aan wal te komen, maar een indicatie valt wel te geven. We gaan eerst naar de plek waar de Yellow Eyed Pinguïn voorkomt. Dat is een zeldzaam soort, maar we hebben geluk. We zien twee pinguïns op afstand de zee uitkomen en naar hun nest waggelen. En dan is er zomaar een pinguïn heel dichtbij. We kunnen ‘m bijna aanraken! Wat gaaf! Het begint aardig koud te worden als we naar de Blue pinguïns gaan. Daar is het even andere koek, we moeten een kaartje kopen waar we vervolgens op een tribune kunnen kijken hoe 163 Little Blue pinguïns aan wal komen bij zonsondergang. Jammer genoeg mogen we geen foto’s maken omdat de beesten gevoelig zijn voor het flitslicht, maar het is heel leuk om te zien. Als we op de parkeerplaats komen horen we nog verschillen pinguïns in de buurt van de camper. We doen heel zachtjes en zien ze overal. We rijden voldaan naar onze camping. De volgende dag doen we het in de ochtend rustig aan en rijden een uur na check out tijd rustig richting Dunedin. We nemen onderweg de tijd om de prachtige kustweg te zien en stoppen bij de Mouraki Boulders en prachtige witte strandjes. Aan het einde van de middag komen we aan in Dunedin, waar op zich niet veel te beleven valt. Wij zijn er voor onze camper die gemaakt moet worden. De elektriciteitskabel was de eerste dag al stuk en toen kwamen we er ook nog eens achter dat het raam boven het kooktoestel niet open kon. Tijd voor een monteur dus! Die is als wij aankomen al naar huis is en dus zit er niets anders op dan de volgende dag terug te komen. We slapen in de buurt aan het strand en rijden de volgende ochtend vroeg naar de garage. De monteur heeft het binnen 10 minuten gemaakt, maar nu ontbreekt het onderdeel voor het raam nog. Dus maar weer terugkomen de volgende dag. We besluiten de Otago Peninsula op te rijden en we hebben gelezen dat we hier behoorlijk veel wildlife kunnen zien. We rijden naar het einde van de Peninsula waar we naar het Royal Albatros Centrum rijden. De Royal Albatros is één van de grootste albatrossen ter wereld en heeft een spanwijdte van meer dan 3 meter. Helaas zijn de vogels aan het broeden en mogen we niet te dicht in de buurt komen. Jammer, maar we kunnen ze misschien vanaf de parkeerplaats zien vliegen. We lopen nog even en na een kwartier besluiten we weer weg te gaan. We rijden een rondje over het schiereiland en als we een paar uur later besluiten terug te rijden naar het Royal Albatros Centrum zien we ineens een enorme vogel vliegen. Geen twijfel mogelijk; dit is een Royal Albatros. We wachten een uur op de parkeerplaats en zien meerdere enorme albatrossen vliegen. Wat een mooie beesten!

We rijden naar Portobello en zoeken een plaats om te slapen. We parkeren de auto niet want we gaan eerst weer pinguïns spotten. Deze keer geen tribunes en toegangskaartjes, maar een wandeling over het strand waar we eerst voorbij tientallen zeeleeuwen lopen. Wat zijn dat een grote beesten. We komen aan het einde van het strand bij een door de overheid gemaakte hut waaruit we een goed uitzicht hebben over het gedeelte strand waar de Yellow Eyed Pinguïn meestal aan land komt. De Ranger verteld ons nog maar eens dat ze niet altijd aan land komen en dat er gister geen één pinguïn gespot was. Maar, we hebben geluk! Ineens zien we wat springen en komt er een pinguïn uit de zee de rotsen op. Wat een mooi gezicht is het toch! We bekijken de hele wandeling van het mooie beest en lopen dan snel voordat het donker gaat worden terug langs de zeeleeuwen.

De volgende dag staan we vroeg op; vandaag zitten we de hele dag in de auto! We rijden van De Otago Peninsula eerst langs de garage om ons raam te laten maken en dan rijden we naar Te Anau. Dat ligt aan de linkeronderkant van het Zuider eiland van Nieuw-Zeeland en is de plaats die als uitvalsbasis dient voor het Fjorden landschap. Zowel de Doubtful Sound als de Milford Sound zijn vanaf hier makkelijk te bereiken. Wij besluiten alleen naar de Milford Sound te gaan en rijden de dag nadat we zijn aangekomen langs een prachtige weg naar de haven van de Milford Sound. Vanuit hier kunnen we een boottrip maken door het Fjorden landschap. Het weer zit ons niet mee, want het blijft maar regenen. In dit gebied valt per jaar gemiddeld 7 meter regen, niet zo gek dus dat het vandaag ook regent. Als we aankomen bij de boten klaart het al behoorlijk op en we zijn er tenslotte niet voor niets. We boeken een boottocht op een kleine boot en varen om 4 uur de haven uit. Het is een prachtige boottrip en ook al hebben we dan geen geluk met het weer, met de wilde dieren hebben we meer geluk. Dolfijnen, pinguïns, zeehonden en robben, we zien ze allemaal! Aan het einde van de dag rijden we de weg af tot we een goedkope DOC camping vinden waar we in onze camper blijven voor de zandvliegen! Als we de volgende ochtend wakker worden zien we het al; strak blauw! We besluiten terug te rijden en de weg nogmaals te zien nu het weer beter is. En wat een verschil! We maken op precies dezelfde plekken foto’s en kunnen zo mooi vergelijken. We bekijken nogmaals de beroemde Mitre Peak van de Milford Sounds en rijden dan aan het begin van de middag richting Queenstown. Daar komen we aan het einde van de middag aan!

Queenstown staat bekend als de ‘Thrill Seeking’ hoofdstad van Nieuw-Zeeland en als we daar aankomen begrijpen we het wel. Al ver voor Queenstown zien we bruggen om van te bungyjumpen, parachute springers en paraglyders. Bedenk het maar en je kunt het doen hier! Het dorp zelf is het meest toeristische dorp dat we tot nu toe in Nieuw-Zeeland gezien hebben, maar ach we vermaken ons prima. We boeken een tour voor een jetboat de volgende dag en internetten nog wat vanuit de camper! De volgende dag worden we om 12 uur opgehaald en brengt een soort 4-wheel bus ons in 2 uur naar de Shotover rivier in de Skippers Canyon. Hier nemen we de jetboat die over het water scheurt. We varen vlak langs de randen van de canyon en dat natuurlijk allemaal op hoge snelheid. Het was te gek! Na dezelfde rit langs de afgrond komen we weer aan bij onze camping. Morgen rijden we naar Lake Wanaka, deze rit en onze andere belevenissen in Nieuw-Zeeland houden jullie tegoed.

De eerste week in Nieuw Zeeland

Terwijl Sinterklaas zich opmaakt voor zijn trip naar Nederland, maken wij ons op voor onze trip naar Nieuw Zeeland. Daar hebben we de afgelopen jaren van veel mensen goede verhalen over gehoord en dus zijn we erg benieuwd! We laten Australië achter ons en vliegen met Qantas van Sydney naar Auckland. Tijdens de vlucht krijgt een man op de stoel voor ons zuurstof toegediend omdat zijn pacemaker blijkbaar problemen heeft. Gelukkig haalt hij Auckland en kunnen we snel het vliegtuig uit. We hebben nogal haast want er ligt een pakket op ons te wachten dat vanuit Nederland naar een adres in Auckland is gestuurd. We hebben precies een uur om van de luchthaven naar het adres te komen en we treffen het niet met de taxichauffeur! Een man uit Samoa die al meer dan 30 jaar in Nieuw Zeeland woont en zo slecht Engels spreekt dat we met moeite kunnen uitleggen waar we naartoe moeten (het lijkt Azië wel). We rijden (ondanks de file) precies op tijd voor de deur en halen het pakket op! Heerlijk, Nederlandse drop, boeken en wat andere dingen die we goed kunnen gebruiken J

We rijden snel naar het hostel en checken in! Wisselen van kamer (omdat we boven de centrale airconditioning liggen en dat slaapt niet echt lekker) en eten dan snel wat, WANT we gaan naar het concert van Fat Freddy’s Drop! Hoe te gek is dat!!! (THX Janco & Eric van de V2 crew) We staan voor de Powerstation (de Paradiso van Auckland) en merken dat de deuren nog niet open zijn. We drinken een paar wijntjes aan de overkant en gaan dan naar het concert! Het was HELEMAAL te gek. We dansen en dansen en maken allemaal nieuwe vrienden. (inclusief een jongen die aan Nandy vraagt of Ray nog vrijgezel is en een meisje dat ons aan een verblijfsvergunning wil helpen!) Dit is nu al een te gek land!

De volgende ochtend zit de vibe van de vorige ochtend er niet echt meer in J Het zal de goedkope huiswijn van de Powerstation zijn. We drinken een koffie in de stad en lopen naar de bioscoop. We kijken de film ‘An Education’ (prachtig!) en gaan dan naar de enige attractie van Auckland; de Skytower. We kopen een kaartje voor allebei de platformen en kunnen mooi de stad zien vanaf de 328 meter hoge toren. Mensen springen van de toren af (uiteraard wel aan een bungy) en dat kunnen we mooi zien. We eten wat en gaan dan vroeg slapen. De volgende dag vliegen we om 6.45 in de ochtend naar Christchurch dat op het Zuidereiland van Nieuw Zeeland ligt. Daar hebben we 5 dagen een spaceship auto (erfenis van een deposit) en we zitten al voor 10 uur in de auto. Dat gaat lekker! We rijden al snel de stad uit en zien de bergen met de witte toppen, de prachtige groene heuvels en natuurlijk de schapen. Nieuw Zeeland heeft maar 4 miljoen inwoners (waarvan ongeveer 1 miljoen op het Zuidereiland wonen) maar meer dan 40 miljoen schapen. We rijden naar Kaikoura waar we een klein stukje verder rijden om de fur seal kolonie (zeerobben) te zien liggen. Erg leuk om te zien, maar wat stinken die beesten! We laten ons in Kaikoura op de wachtlijst zetten voor een Whalewatch tour (de sperm walvis van dichtbij bekijken) van de volgende ochtend, rijden naar de camping en halen Fish en Chips! We gaan lekker vroeg slapen. Als we de volgende ochtend wakker worden horen we het al...het regent heel hard. De Whalewatch tours gaan allemaal niet door, wat een pech. We douchen snel en na een koffie gaan we naar een internetcafé. We bellen met ouders en vrienden (waar het zondagavond is, terwijl wij net wakker zijn) en daarna rijden we naar een super leuk tentje waar we een lekkere warme koffie met warme soep eten en drinken. Wat is het hier koud! We besluiten verder te rijden en gaan richting Hanmer Springs. Dat staat (de naam zegt het al) bekend om zijn hotsprings en nadat we een camping hebben gevonden gaan we lekker naar de warme baden. Deze zijn 37, 39 en 40 graden! We badderen erop los en gaan als de springs dicht gaan met het spaceship naar de camping. Die nacht is het heel koud. 2 graden gaf de thermometer aan en dat is echt koud!

Na een (hele) koude nacht worden we wakker met de zon op de auto. Dat gaat goed! We rijden weg en genieten wederom van het uitzicht dat we hebben We rijden via de Lewis Pass en Lake Brenner naar de westkust. We komen aan het einde van de middag aan in Jacksons. Althans op de camping in Jacksons en krijgen van de vriendelijke eigenaar en plekje onder een afdak zodat we een beetje uit de wind staan. Na het bekijken van de camping (we zijn de enige) gaan we op zoek naar het dorp Jacksons zelf. Dat is lang zoeken, want dat bestaat niet echt. Het dorp Jacksons is niet meer dan een camping en een hotel/bar/restaurant. We komen binnen als de eigenaresse de haard aan het opstoken is en dat is geen overbodige luxe. We nemen een lekker wijntje en gaan voor de haard zitten. Wat een luxe!

We hebben (bijna) geen benzine meer en moeten nog naar Arthur’s Pass rijden en de weg daarheen belooft een steile weg te worden. Het blijft maar regenen en regenen en de meter van de benzine blijft maar dalen en dalen! We beginnen ‘m wel een beetje te knijpen nu en besluiten aan de auto achter ons te vragen hoe ver het nog is. Zijn antwoord is 5 minuten bergop en dan 15 minuten bergaf. We kunnen niets anders doen dan rijden en als we doorhebben dat we bergaf gaan weten we dat we het tankstation gaan halen. Nou ja, tankstation...we waren er al drie keer voorbij gereden zo klein was het. Een pomp bij een koffiebar, meer was het niet. Het maakt ons niets uit, we hebben benzine! We rijden het mooie weer tegemoet en onderweg zien we echt adembenemende uitzichten. We stappen vaak uit, wandelen en maken heel veel foto’s. We besluiten de laatste avond te slapen op het schiereiland van Christchurch in het ‘franse’ plaatsje Akaroa. Ook hier is de weg naar dit plaatsje prachtig; we zien weer veel schapen en prachtige groene valleien. Als we aankomen doen we wat boodschappen en vinden een camping. Onze laatste nacht in het spaceship! Donderdagochtend ontbijten we voor de auto, het is lekker weer en verkennen we het leuke dorpje. Veel franse invloeden en dat merken we aan de straatnamen; Rue Jolie en Rue du Monde! Na een wandeling door het dorp en langs de haven beginnen we aan de terugreis naar Christchurch. Daar komen we precies op tijd aan om ons Spaceship in te leveren. Vrijdag besteden we aan het wisselen van hotel (we blijven slepen met die spullen), internetten en we kopen allebei een dikke fleece! Die gaan we nodig hebben want op zaterdagochtend halen we onze Hitop camper op bij Apollo. Daar gaan we de rest van het Zuidereiland en het Noordereiland van Nieuw Zeeland mee verkennen!

Een geweldige tijd in Sydney!

We komen met veel vertraging eindelijk aan in Sydney en nemen de metro naar het centrum. We gaan veel hostels en hotels af en alles zit vol, misschien hadden we toch moeten reserveren van tevoren! Na meer dan een uur rondlopen en rondrijden vinden we een kamer in een hostel met eigen badkamer! We lopen het centrum in en zien in de plaatselijke Melkweg (of Paradiso) dat Gomez daar speelt die avond en de avond erna. Dat is een band waar Ray mee gewerkt heeft. De dag erna gaan we als eerste naar de Apple Store. Nan haar gloednieuwe Ipod is al sinds Nepal kapot en nergens konden ze er iets aan doen (behalve resetten in Kuala Lumpur, ja alles kwijt!). We maken een afspraak bij Apple en lopen richting de Botanische tuinen voor het beste uitzicht op het Opera House en de Harbour Bridge.

Die avond gaan we naar het concert van Gomez in The Metro van Sydney. We bekijken het concert en na afloop drinken we wat met de band backstage. Daar staat een vrouw in de kleedkamer waar Nan mee aan de praat raakt. Ze denkt Nan te kennen en na lang praten blijkt dat te zijn van een optreden dat Pete Murray in Nederland gaf. Kathy blijkt DE muziekjournalist van Australië te zijn en geeft ons haar kaartje. We hadden gelezen dat John Mayer een secret gig gaf in Sydney en informeren voorzichtig bij Kathy of ze weet wanneer het is (voor degene die met Nan op een kantoor hebben gezeten weten de John Mayer obsessie J). Kathy heeft meer informatie en zegt dat we haar altijd mogen mailen! Dat heeft ze geweten! De dag erna verzetten we ons ticket en sturen Kathy een mail in de hoop dat ze twee kaarten voor ons kan regelen. We lopen wat rond in Sydney, bezoeken de souvenirs markt Paddy’s Market, gaan naar het Imax theater en shoppen voor het eerst in acht maanden (nieuwe Birkenstocks voor Ray, gympen en een nieuwe Carhartt korte broek)!

De dag erna nemen we ’s ochtends de trein naar Katoomba. Dat is een leuk dorpje aan de voet van de Blue Mountains ongeveer twee uur van Sydney. We checken in bij het hostel en de rest van de dag staren we naar buiten; het blijft maar regenen! Aan het einde van de middag klaart het wat op en besluiten we naar Echo Point te lopen. We zien de ‘Three Sisters’ en lopen dan snel voor de volgende bui terug. De dag erna worden we wakker van de regen en de rest van de dag lezen we en kaarten we wat. Het is heel slecht weer. We verzetten onze reservering om en blijven langen om te wachten op iets mooier weer. De dag erna is het weer erg slecht, maar we vermaken ons prima en zien op de weersverwachting dat het de dag erna beter gaat worden. We wachten het dus af en inderdaad is het de dag erna mooi weer. We schieten dus snel op en lopen naar de steilste trein ter wereld. Met een afdaling van 51% best steil inderdaad. We nemen de trein het dal in van de Blue Mountains en lopen daar wat rond. We nemen de kabelbaan omhoog en lopen langs de rotsen weer naar Echo Point om nog eens een mooi overzicht te hebben over de prachtige Blauwe bergen. Dit gebeid ontleent zijn naam aan de vele eucalyptus bomen die er staan die een mooie blauwe gloed veroorzaken over de vallei. Vandaar de naam Blue Mountains. We zien een grote donkere wolk hangen en maken dat we wegkomen. We halen snel onze tassen op en lopen dan naar het station van Katoomba, we nemen de trein weer terug naar Sydney. Daar komen we aan het begin van de avond aan en eten snel wat. We gaan lekker slapen.

De dag erna slapen we lekker uit en lopen dan naar de Apple Store waar we een afspraak hebben voor de kapotte Ipod van Nan. De jongen kijkt er eens naar en luistert naar ons verhaal en zonder enige moeite krijgen we een nieuwe Ipod. Geen nieuwe muziek en filmpjes helaas, maar wel helemaal te gek! We lopen naar de bushalte bij Hyde Park en nemen de bus naar Bondi Beach. Dat is het bekendste strand van Australië en als we aankomen is het lekker druk. We kopen een broodje die we op het gras voor het strand opeten. We liggen wat op het gras en bekijken hoe ze een commercial aan het opnemen zijn op het strand. Leuk om te zien! We nemen de bus weer terug naar het centrum en nemen de gratis shuttle bus terug naar het hostel. Als het de volgende dag mooi weer is zijn we van plan om richting Manly beach te gaan met de boot, maar als we de lange rij zien besluiten we lekker rustig aan te doen en richting de Botanische tuinen te lopen. We leggen de handdoeken uit en doen de rest van de dag lekker rustig aan. We zien nog een bruiloft in het park en kijken hoe ze, met uitzicht op het Opera House, gaan trouwen.

De volgende dag besluiten we naar de dierentuin te gaan. We hebben in het noorden van Australië lang gezocht naar de Cassowarrie en de koala beer en hebben die uiteindelijk niet in het echt gezien. Daarom nemen we de veerboot naar de Taronga Zoo om deze bijzondere beesten toch in het echt te zien. Vanaf de veerboot hebben we een mooi uitzicht op het Opera House en de Harbour bridge en als we aankomen bij de dierentuin nemen we de kabelbaan omhoog. De kabelbaan gaat over de olifanten en giraffen en deze beesten hebben een geweldig uitzicht over de skyline van Sydney. We lopen de rest van de dag lekker rond en bezoeken voornamelijk de ‘Aussie’ dieren. Kangaroos, Koala’s en Cassowarries. We zien ze allemaal! Die avond lopen we van de haven naar het hostel en koken we weer in de gezamenlijke keuken.

De dag erna is het ook mooi weer en dus nemen we de ferry naar Manly beach. De boottocht alleen is al te gek! Mooi weer, schitterend uitzicht en een mooi plekje voorop de boot, wat wil je nog meer! We liggen wat op het strand en lopen de boulevard af. We hebben genoeg gezien en nemen snel de ferry terug. Het is relaxed in Sydney; No worries! G’day Mate en No Worries! Dat zijn toch wel de meest gehoorde uitspraken hier. We beginnen er al aardig aan te wennen na vijf weken!

Na een paar mails aan het adres van Kathy krijgen we eindelijk het verlossende mailtje. Kathy heeft ons op de gastenlijst gekregen voor de exclusieve show die John Mayer doet in Sydney om zijn nieuwe album te promoten. Hoe te gek!!! De twee dagen erna doen we van alles om zoveel mogelijk van Sydney te zien. We bezoeken het museum van Contemperary Art, nemen de Monorail meerdere rondjes, relaxen wat en natuurlijk maken we ons klaar voor het concert van John Mayer. We staan 5 november dan ook stipt half 8 voor de deur. Er is ons gezegd dat hij om acht uur zou beginnen en we willen zeker op tijd zijn. Eenmaal binnen zoeken we een goede plek en dan wachten we. Bij de geluidstafel zien we een programma liggen en natuurlijk begint het concert niet om 8 uur (wat een amateurs zijn wij!). We wachten dus anderhalf uur en dan begint het...hij speelt meer dan twee uur en heeft er zin in. We horen meerdere nieuwe nummers van zijn nieuwe album en wat is het goed! Het was een sensatie zo goed! Na afloop lopen we voldaan naar het hostel, wat was het te gek!!!

De volgende ochtend staan we vroeg op, want vandaag gaan we Australië verlaten. We hebben zes te gekke weken gehad in dit geweldige land. Nu is het tijd voor het (nu nog) koude Nieuw Zeeland. We zijn benieuwd....

Cairns en het tropische Queensland

We komen, na de vlucht vanuit Ayers Rock, aan het begin van de avond aan in Cairns. We nemen weer een busje dat ons naar onze accommodatie zal brengen. We staan voor een dichte deur en een meisje dat net naar buiten komt lopen zegt ons dat de eigenaar een telefoonnummer heeft dat we kunnen bellen. We lopen dus bepakt naar een telefoon en hij is er binnen 10 minuten. Hij laat ons de kamer zien en het bijbehorende keukentje en dan ziet Nan de grootste tor (of misschien was het wel een kakkerlak) die ze ooit gezien heeft. Ze maakt binnen een paar seconde duidelijk aan de eigenaar dat ze hier niet gaat slapen. Hij heeft een mooie grote andere kamer en daar slapen we dan ook. We zien helaas nog wel een kakkerlak in de douche maar de kamer is verder prima (en de goedkoopste die we in Australië tot nu toe gehad hebben)

De volgende dag doen we het rustig aan, we lopen wat over de Esplanade van Cairns, bekijken het zwembad op de boulevard, doen boodschappen voor het avondeten en cancellen ons ticket naar Samoa (na de tsunami niet de leukste plek om te zijn). De volgende dag boeken we een spaceship (een soort mini camper) waarmee we de dag erna vertrekken richting het tropische noorden van Queensland. Als we het spaceship gaan ophalen hebben we weer geen geluk. Er kruipen diverse kakkerlakken uit de gehuurde stoelen en ook hier krijgen we een nieuwe auto. We rijden (na het ophalen van onze bagage) al snel Cairns uit en zien ook hier dat Cairns geen goede afspiegeling is voor de rest van de omgeving. Mooie stranden en mooie natuur. We rijden richting Port Douglas, doen boodschappen en vinden dan een camping waar we voor de eerste keer ons Spaceship opzetten. We drinken een lekker wijntje en hebben een toastje met kaasjes (allemaal Australisch product uiteraard!). Ray neemt een toastje en daar gaat zijn kies weer! Nu een andere kies die kapot is! Balen. De volgende ochtend gaan we dus als eerste naar het centrum van Port Douglas en zoeken we een tandarts. Binnen een uur was het geregeld en geen last meer!

Na Port Douglas nemen we de weg naar het uiterste noorden; Cooktown. Cooktown is een afgelegen dorpje en de weg hier naartoe is minstens net zo mooi en bijzonder als het dorpje zelf. We slapen er op een camping en de dag erna gebruiken we om het Cook Museum te bezoeken (en de verse mango’s te eten die uit de boom vallen) en terug te rijden naar de camping in Port Douglas. We komen erachter dat de camping in Port Douglas een soort beestjes heeft waar we behoorlijke uitslag van krijgen en dus maken we dat we wegkomen. We rijden door Daintree National Park richting een prachtig natuurgebied; Cape Tribulation. Dit is de plek in Australië waar het tropische regenwoud en het strand en de zee samenkomen. Ook hier is het prachtig! We checken in op een camping aan het strand en staan op een veld vol met Nederlanders (die zijn tenslotte dol op kamperen!). Naast ons staan Ewout en Julie uit Utrecht en we raken al snel aan de praat. We drinken wijn en nadat we pannenkoeken hebben gemaakt gaan we slapen. De dag erna doen we niet veel, we rijden wat rond, maken een wandeling waar we een super grote python (slang) in de boom zien liggen, bezoeken het reptielen museum en gaan naar het strand. De dag sluiten we af met wijn en gezamenlijk eten met Ewout en Julie; gezellig!

We hebben het spaceship nog twee dagen en willen zoveel mogelijk zien en daarom besluiten we door te rijden en richting Cairns te rijden. We proberen onderweg een cassowarie te spotten (soort struisvogel, niet gezien) en stoppen bij de Daintree rivier waar we krokodillen gaan spotten. We zien volwassen krokodillen van meer dan 5 meter uit het water komen en kleine baby krokodillen eten zoeken. Erg tof! We slapen in Mossman, maken in het zwembad nog een paar baantjes en gaan de volgende dag terug naar Cairns. Weer een mooi stukje Australië!

Eenmaal terug in Cairns weten we niet zo goed wat we moeten doen. Vliegen naar Sydney of langer blijven in Cairns en een duikcursus doen (ja, je hebt wat problemen als wereldreiziger!) We vragen eens wat rond en besluiten een 4 daagse ‘Open Water’ duikcurus te boeken. Wel super spannend aangezien Nandy niet eens met haar hoofd onder de douche gaat en nogal wat watervrees heeft (kleine erfenis van beide ouders). We gaan dus vroeg slapen want morgen moeten we vroeg op en bij de les zijn! We slapen slecht en worden opgehaald voor ons hostel door Deep Sea Divers Den. We beginnen de dag in het klaslokaal voor de theorie over het duiken. So far so good! Na de lunch moeten we eraan geloven! We mogen het zwembad in om te gaan oefenen met het duiken. We leren hoe we het materiaal moeten optuigen en hoe we de Buddycheck moeten doen (Bruce Willis Ruins All Films). Dan is het grote moment daar en liggen we in het water. Boven water krijgen we instructies wat we onder water moeten doen. De eerste 5 minuten van het onder water zijn heeft Nan het moeilijk, maar uiteindelijk lukt het om onder water te blijven. Die avond gaan we vroeg slapen en als we de volgende ochtend weer geen oog dicht gedaan hebben twijfelen we geen moment en pakker we alles in. We lopen naar het dichtbij gelegen hotel en vragen of ze plek hebben. Dat hebben ze! We brengen alle spullen vroeg over en staan dan weer klaar voor de tweede dag van onze duikcursus. Deze dag beginnen we met het zwembad en daarna een theorie middag. Aan het einde van de middag moeten we een examen maken en natuurlijk slagen we allebei. Theorie is binnen, nu de praktijk nog!

En die praktijk mogen we de dag erna gaan doen. We worden weer opgehaald en deze keer brengt de duikschool ons naar de haven. De boot vaart zo’n anderhalf uur naar het reef en wij moeten in de tussentijd ons materiaal gaan klaarzetten. Terwijl we alles hebben klaargezet en Neil (onze duikinstructeur) heeft uitgelegd wat we gaan doen lopen we naar beneden om ons duikpak aan te trekken. Ray begint steeds witter te worden en is voor het eerst in zijn leven zeeziek. En niet een beetje ook! De boot stopt en we zijn klaar voor de eerste ‘echte’ duik (Ray is het nog niet echt klaar voor, maar goed!). We springen allemaal het water in en de zee is erg ruw. We ontwijken de hoge golven en gaan dan onder water langs een touw. Na wat startproblemen bij Ray lukt het ons om onder water te blijven en duiken we tot 11 meter. We doen wat oefeningen onder water (duikbril afhalen, ‘I’m out of Air’ oefenen en duikbril klaren) en zien gelijk een haai. Nandy is zo onder de indruk dat ze haar handen openhaalt aan het koraal en dat begint te bloeden. Lekker met een haai op 5 meter! Maar goed, het loopt allemaal goed af.

De rest van de dag en de dag erna zien er hetzelfde uit. We duiken, vullen het logboek in, krijgen een briefing voor de volgende duik en praten met andere duikers. Het is een wereld apart! We slapen op de boot en na vier duiken en alle oefeningen gedaan te hebben zijn we gecertificeerde Padi ‘Open water’ Diver, hoe te gek is dat! We zien haaien, zwemmen met schildpadden en zien echte Nemo’s! Het was echt een onvergetelijke ervaring en een geweldige plek om te zijn; The Great Barrier Reef en wij kunnen alleen maar zeggen het is inderdaad Great!

We mogen na de duikcursus 24 uur niet vliegen en dus nemen we de dag na de cursus een rustdag en doen we ook echt helemaal niets. De dag erna laten we Queensland achter ons en vliegen we via Brisbane (met veel vertraging) naar Sydney!

Ayers Rock en The Olgas

Ayers Rock of de aboriginal naam ‘Uluru’ ligt in het midden van Australië. We vliegen van Perth naar de piepkleine luchthaven van Ayers Rock. Daar hebben we een reservering gemaakt om 1 dag een auto te huren. Dat is allemaal snel geregeld en voordat we het weten zitten we weer in onze huurauto. Vanuit het vliegtuig hebben we ‘m al zien liggen; Ayers Rock!

We rijden eerst naar het hostel waar we die nacht zullen slapen. Er is niet veel in de buurt van Uluru en daardoor liegen de prijzen er niet om. We checken in en leggen wat spullen op onze kamer die we delen met twee andere mensen die niet aanwezig zijn. We zien al snel dat ze Nederlands zijn door het molentje dat op hun nachtkastje staat. We rijden gelijk richting Ayers Rock, het is tenslotte al middag en willen op tijd zijn voor de zonsondergang. We rijden helemaal om de rock heen en stappen meerdere malen uit. Je blijft hier foto’s maken! Na het bezoeken van het visitors centrum, en gelezen te hebben over de aboriginal cultuur, rijden we naar de daarvoor gemaakte parkeerplaats om de zonsondergang te bekijken. Het is prachtig helder en blauw en we zien de kleuren ongeveer iedere 5 minuten veranderen. Iedereen heeft stoeltjes, tafeltjes, toastjes en een wijntje meegenomen om te wachten op het schitterende uitzicht. Het was prachtig! Zodra de zon onder is rijden we langs de supermarkt om boodschappen te doen. We maken een vegetarische pasta en gaan lekker vroeg slapen.

De volgende ochtend gaat de wekker om 5 uur ’s nachts. We willen naast de zonsondergang ook de zonsopgang zien. We nemen snel een douche en stappen in onze auto waar we in het donker Uluru al zien liggen. Zoals alles in Australië met de auto te bereiken is hebben ook hier de Aussies een mooie parkeerplaats gemaakt waar we de zonsopgang met andere vroege vogels kunnen bekijken. Het was mooi, maar zeker minder mooi dan de zonsondergang van de avond ervoor. We rijden richting de voet van de rock en genieten van ons zelf meegenomen ontbijt. Hierna sluiten we aan bij de ‘gratis’ walk met uitleg van een ranger van het National Park. Hij legt ons uit hoe de aboriginals leven en geeft ons wat meer inzicht in de natuur van het gebied. Het was ons al eerder opgevallen aan de westkust van Australië, maar de Aussies zijn nogal chauvinistisch. De ranger legt uit hoe de rots is ontstaan en benadrukt daarbij dat eerst het ontstaan van Uluru was, dan een heeeeeele tijd niets, dan de dinosaurussen en dan pas Adam en Eva. Tuurlijk! En alle Aussies maar ja knikken, wij vonden het meer dan vermakelijk!

Na de wandeling aan de voet van de rots rijden we richting de andere rotsformatie die ‘in de buurt’ van Uluru ligt; Kata Tjuta oftewel The Olga’s! Ook deze rotsen hadden we al vanuit het vliegtuig zien liggen en ook Nandy kon beamen (van haar bezoek aan Australië 3 jaar geleden) dat deze minstens zo mooi zijn als Uluru zelf. We voelen ons ‘King of the Road’ en rijden op ons gemak naar Kata Tjuta met muziek van ‘Empire of the Sun’ op de radio. Wat een goed gevoel!

Kata Tjuta betekent ‘vele hoofden’ in de taal van de aboriginals. Het is een formatie van meer dan dertig rotsen en we maken een korte wandeling richting The Valley of the wind en rijden dan via Uluru, waar we nog een laatste blik op werpen, terug naar het hotel. We lunchen nog wat en rijden dan weer richting het vliegveld. Twee dagen in ‘The Red Centre’ van Australië was zeker de moeite waard. We vliegen van Ayers Rock naar Cairns. Daar gaan we het tropische noorden van Queensland verkennen!

West-Australië

We laten Azië voor deze reis achter ons en maken ons op voor het eerste westerse land van de reis. Dat zal wel even wennen worden. We vliegen met Qantas van Singapore naar Perth en de service van Qantas is geweldig. Een echte menukaart in het vliegtuig, keuze uit 100 films en oud en jong is hier werkzaam!Als we aankomen in Perth is het 16 graden, dat is even wennen maar we doen een extra trui aan en laten ons afzetten bij een hostel in het centrum. We doen boodschappen want voor het eerst in 5 maanden gaan we zelf koken. Niet meer uit eten, want daar is het te duur voor hier. Lekker een maaltijdsalade en een soepje, dat is lang geleden. De volgende dag maken we een afspraak bij de tandarts. Ray heeft in India een stukje van zijn kies gebeten en dat wilde we niet in Azië laten maken. De volgende dag kan hij om 9 uur terecht! (grappig detail is dat de tandarts uit Azië kwam J) We proberen een camper te regelen in Perth maar alles zit vol in verband met de vakanties in Australië en dus reserveren we geen camper maar een gewone auto waarmee we de westkust van Australië gaan bekijken.

Perth is de saaiste stad die we de hele reis gezien hebben. Er is werkelijk waar niets te zien of te doen. Het dorpje Fremantle ligt op een half uur rijden van Perth en aangezien er in Perth niets te doen is nemen we de trein naar dit dorpje. We lopen wat rond, maar komen al snel tot de conclusie dat dit dorp leeft op mooi weer en als het dus geen mooi weer is (zoals nu) hier ook niets te beleven valt. We gaan snel terug naar Perth en doen wat boodschappen voor de maaltijd van die avond. Die nacht doen we geen oog dicht, we hebben een nieuwe kamer en die grenst aan het spoor. We worden dus ieder uur wakker omdat we het idee hebben dat de trein in onze kamer komt rijden! Ray maakt zich op voor zijn tandartsbezoek en Nandy gaat op zoek naar een computer om een ticket naar het tropische Samoa te boeken. Zo gezegd zo gedaan! Kies gemaakt en ticket geboekt. Die avond gaat Ray naar het concert van Wolfmother, Nandy blijft lekker in het hostel.

Na weer een slechte nacht te hebben gehad nemen we een taxi naar het verhuurbedrijf van de auto die we gaan huren. Dat is als we er eenmaal zijn uiteraard allemaal duurder dan we gedacht hadden in verband met verzekeringen. We doen het toch en nemen de beste verzekering. Stel je voor dat we een kangaroo op de bumper krijgen, leuke foto maar niet echt handig. We krijgen een splinternieuwe auto met slechts 148 kilometer op de teller! Ray moet even wennen aan het links rijden, maar dat gaat al snel goed. We rijden snel de stad uit en zien gelijk dat Perth geen goede reclame is voor de rest van de westkust van Australië. Het is prachtig! Aangezien het lente is in Australië staat alles in bloei en dat levert adembenemende uitzichten op. We rijden de eerste dag naar Cervantes, daar ligt het Pinnacles National Park. Dat zijn stenen uitsteeksels die een zandvlakte vullen. We maken kennis met de Australische manier van natuur bekijken; met de auto! We kunnen met de huurauto door het park (lees zandvlakte) rijden.

Als we op zoek gaan naar een slaapplek heeft de mevrouw van het (enige) hostel nog een stapelbed in de aanbieding die we moeten delen met 2 Duitse meisjes van 19! Ray kan het slechter treffen en dus besluiten we het te doen. We moeten tenslotte toch slapen. Het hostel is van een Nederlandse vrouw en een Engelse man die 23 jaar geleden dit hostel zijn begonnen en het nu te koop hebben gezet. Aan ons de vraag of we het willen kopen. Ook al is de omgeving prachtig en het idee van een eigen hostel wel aantrekkelijk is slaan we dit aanbod toch maar af! We rijden naar de enige supermarkt in het dorp en kunnen nog net 1 minuut voor 6 wat boodschappen halen voor een pasta. We koken in het hostel en gaan vroeg slapen. De volgende ochtend doen we rustig aan en na het ontbijt rijden we rustig via de kustweg naar Gerarldton. Onderweg komen we ongelofelijk mooie stranden tegen en picknicken we aan het strand. In Geraldton checken we een slaapplaats, maar dit is ook al niet om over naar huis te schrijven. Het is een oud pand, het heeft een vieze keuken en er lopen allemaal van die ‘echte’ backpackers. Onze twee Duitse roommates komen we ook weer tegen en aangezien er verder in Geraldton niet zoveel accommodatie is nemen we een kamer die we moeten delen met een Australische jongen. Een jongen uit de buurt van Sydney die naar de westkust is gekomen om werk te vinden dat beter betaald dan werk aan de oostkust. Western Australië is de rijkste staat van Australië en de staat met veel goedbetaald werk.

Kalbarri National Park ligt op ongeveer 4 uur rijden van Geraldton en we nemen de toeristische route langs de kust. Het is prachtig met diepe rotswanden, veel wilde bloemen, witte stranden en prachtige uitzichten. We stoppen op diverse uitkijkpunten en rijden dan naar het dorpje Kalbarri. We checken in bij een hostel en kopen een flesje wijn en een zak chips en gaan op het grasveld bij het strand naar de ondergaande zon kijken! Kijk daar doen we het allemaal voor! De volgende ochtend gaan we hetzelfde grasveldje om te kijken hoe de pelikanen die daar leven gevoerd worden. Leuk om te zien! We stappen vrij snel in de auto, want we hebben nog veel te zien in het National Park en ook een lange rit voor de boeg vandaag. We rijden het park in waar we naar Nature’s Window lopen. De naam zegt het al een soort raam waar je doorheen kan kijken. Mooie natuur en prachtige uitzichten. Na 3 stops rijden we nog snel langs de benzinepomp om er zeker van te zijn dat we genoeg benzine hebben voor de rit naar Shark Bay. Dat is de verzamelnaam voor het schiereiland waar we rijden. Helemaal bovenin ligt Monkey Mia waar je dolfijnen kunt zien die zo dichtbij komen dat je ze bijna kunt aanraken.

Voordat we naar Monkey Mia gaan slapen we eerst een nacht in Denham. We hebben pas een reservering voor Monkey Mia voor de dag erna. Nandy voelt zich niet echt lekker en na een kijkje in het jeugd hostel nemen we een hotel in plaats van de vieze kamer in het hostel. We halen Fish & Chips en eten dat op onze hotelkamer op. We kijken naar de TV en na een warme douche gaan we lekker vroeg slapen. Monkey Mia ligt maar op een uurtje rijden van Denham en na het ontbijt rijden we die kant op. Als we aankomen is het voeren van de dolfijnen al geweest. We checken in en boeken een zeiltocht voor de volgende dag. Als we teruglopen langs het strand zien we de dolfijnen langs de kust zwemmen. Helemaal te gek! De volgende ochtend staan we vroeg op om de dolfijnen van dichtbij te bekijken. Als we aankomen op het strand zien we dat we niet de enige zijn die de dolfijnen willen zien. Veel toeristen, maar ook dolfijnen! Ze worden gevoerd en de dolfijnen zwemmen langs je voeten.In de zee rond Shark Bay woont de grootste populatie Dugongs (zeekoeien) ter wereld en de zeiltocht neemt ons mee naar de Dugongs. De zeiltocht duurt totaal 3 uur en we zien dolfijnen, een grote zee schildpad en natuurlijk Dugongs! We mogen diezelfde middag (gratis) mee om al zeilend de zonsondergang te bekijken. Ray mist ineens Stippie (zeilbootje, die in Nederland door Ray’s vader met liefde verzorgd wordt) en helpt de schipper en de crew met het hijsen van de zeilen en het besturen van de boot!

De dag erna is het alweer tijd om afscheid te nemen van Monkey Mia. We rijden een hele dag terug richting Perth. Aangezien we vroeg in de ochtend gaan rijden zien we veel wildlife. Een grote kangaroo die de weg oversteekt en een Emu met 4 jongen. Onderweg stoppen we voor lunch en af en toe wat te drinken, maar verder proberen we zover mogelijk richting Perth te rijden. Na ongeveer 12 uur rijden komen we ’s avonds rond 7 uur aan in Fremantle (ten zuiden van Perth) en na een rondje te hebben gereden komen we er al snel achter dat alle hostels vol zitten en de wat goedkopere hotels ook. Nandy loopt nog naar het Newport hotel waar ze vraagt of er kamer vrij is, maar al snel blijkt dat de naam van de Pub te zijn J. Eenmaal terug bij de auto staat Ray bij een hotel dat alleen nog een suite heeft. Het is de duurste kamer die we hele reis hebben gehad, maar we besluiten het te doen en daarna ook nog eens lekker uit eten te gaan (niet te luxe, het was maar een pizza/pasta)! De volgende ochtend gebruiken we het internet van de suite en de telefoon om een aantal dingen te regelen. Zo moeten we ons ticket naar Samoa annuleren in verband met de tsunami die daar is geweest en verlengen we de autohuur. We boeken een ticket naar het midden van Australië (Ayer’s Rock) en vervolgens een ticket naar Cairns. Zo das geregeld! Na een heerlijke lunch bij Gino’s (!) rijden we die dag naar het gebied ten zuiden van Perth dat voornamelijk bekend staat door de wijnstreek Margaret River.

We rijden de eerste dag naar het plaatsje Dunsborough en lezen in een reisgids dat we in deze tijd van het jaar walvissen kunnen zien! Cool! Dat willen we graag zien. We boeken een tour voor de volgende dag 14.00 uur. We rijden naar de vuurtoren waar we (zo zei de dame van de plaatselijke VVV) we vanaf de uitkijkpunten ook al walvissen kunnen zien. We lopen naar het uitkijkpunt en zien inderdaad in de verte walvissen. Ze zijn te ver weg om ze echt goed te zien, jammer. Hopelijk morgen dichterbij. Als we teruglopen richting de auto begint het al schemerig te worden. Opeens zien we twee kangaroo’s voorbij springen en daarna nog een paar. Helemaal te gek! We rijden terug naar het dorpje en doen wat boodschappen. We rijden naar het YHA hostel en drinken eerst een wijntje met wat toastjes! The good life! We ontmoeten een echtpaar met hun dochter uit Fremantle; Ian, Geraldine en hun dochter Kathryn. We raken al snel aan de praat, we laten op de wereldkaart onze route zien en Ian vertelt over zijn werk in de Aziatische landen die we bezocht hebben. We slapen niet zo best door een stel jongens die het hostel afbreken. De volgende ochtend nemen we een ontbijtje en komen we Ian en Geraldine weer tegen. Ze bieden ons aan de volgende dag (als we richting Perth terugrijden) bij hun te komen slapen. Ze hebben zelf veel gereisd en weten als geen ander hoe fijn het is om af en toe een in een echt huis te slapen! We staan versteld over de onvoorwaardelijke gastvrijheid en besluiten op het aanbod in te gaan! We nemen afscheid voor nu en vervolgen onze weg naar de haven waar de boot klaarligt om de Humpback Walvis te gaan spotten. We worden met een klein bootje naar de grotere boot gebracht en gaan dan richting open zee. Na 10 minuten varen ziet Nandy twee walvissen in de verte. De schipper gaat er op af en we zien voor het eerst walvissen van dichtbij. Ze zijn zeker 15 meter lang en spuiten iedere keer als ze boven water komen water uit! Wauw!

We rijden, na het walvissen kijken, door de wijnvelden naar het dorpje Margaret River waar we op een camping een chalet hebben gereserveerd. Het is een leuk dorpje en we gaan lekker vroeg naar onze chalet waar we de verwarming aanzetten. Het is hier fris! De volgende ochtend gaan we doen waar we hier voor gekomen zijn; wijn proeven! We hebben al wat research gedaan (in de plaatselijke wijnwinkel) en hebben twee wijnproeverijen uitgezocht. De eerste is Evens & Tate; heerlijke wijn en we kopen twee flessen die we cadeau doen aan Ian en Geraldine. Daarna rijden we naar Driftwood en proeven de heerlijke Sauvingnon Blanc. We nemen afscheid van de wijnvelden en rijden van Margret River naar Fremantle.

Ian en Geraldine wonen in Noord Fremantle en we komen zoals afgesproken rond etenstijd aan. De pannen staan al op het vuur en we komen in een warm en gezellig huis. De bedden zijn opgemaakt voor ons en de handdoek ligt klaar. Wat een gastvrijheid! We drinken een lekker wijntje (Rose) en eten Indisch dat Ian zelf heeft gemaakt. We kletsen en voordat we het weten is het de hoogste tijd om te gaan slapen. De volgende ochtend worden we wakker als Ian al naar zijn werk is en Geraldine naar de sportschool is. Kathryn ligt nog te slapen en na een lekker douche nemen we een ontbijtje. Geraldine komt terug van het sporten en Kathryn is wakker. We nemen afscheid en bedanken ze nogmaals voor alles. We rijden naar het vliegveld van Perth, tanken de auto vol en leveren die zonder problemen in. We checken in en het is een vreemde gedachte dat we straks bij ‘het’ symbool van Australie staan; Ayers Rock oftewel Uluru!